Start to (mini)moestuin!

Ben je een notoir plantenkiller? We don’t judge. Maar besef dat een moestuin arbeidsintensief is, omdat elke plant of groente een andere zorg nodig heeft. Je kan je best focussen op maximum 5 verschillende soorten en daarna je tuintje laten ‘groeien’. Heb je weinig ervaring én dito geduld? Onthoud dan dat kruiden makkelijker in onderhoud zijn én dat je tuinkers het snelst kan oogsten.  

Zaaien en planten. Het uitgekiende moment om aan de slag te gaan verschilt van plant tot plant. Wil jij deze zomer al eigen kweek op het menu? Wij lijsten op waar je vanaf mei (wanneer de nachtvorst weg is) mee aan de slag moet: 

Zaaien:

Aubergines, Courgettes, komkommers, meloenen, tuinkers, bietjes, erwten, wortelen, broccoli, sla, rucola, radijzen, knollen, spinazie en zomerkruiden zoals peterselie, dille, basilicum, bieslook en koriander

Tip! Did ju know… dat de meest voorkomende fout té diep zaaien is? Houd je aan de regel en zaai zo diep als de zaden groot zijn.

Tip! Kweek geen siervruchtjes in je moestuin als je er ook pompoenen en courgettes wilt oogsten. Hommels en bijen vermengen het stuifmeel met dat van de eetbare soorten en veroorzaken zo kruisbestuiving. Resultaat: harde en bittere pompoenen en courgettes.

Werk je met een moestuinbak? Zaai of plant in elk vak een andere groente. Houd er ook rekening mee dat groenten kieskeurig zijn op vlak van gezelschap. Sommige soorten houd je beter uit elkaar.

Dat je veel ruimte nodig hebt voor een moestuin, da’s een fabeltje (een bak van 1m20 op 1m20 is zowat de grootste die je kan kopen). Maar je maakt je mini-groentetuin wel best op een plek die beschut is tegen de wind én waar veel zonlicht schijnt. Het helpt ook om een plekje te kiezen in het zicht. Zo vergeet je niet om dagelijks een blik te werpen op jouw toekomstige oogst.